Nalaten door het maken van een legaat
Als u uw vermogen aan iemand wilt nalaten en daarvoor een testament maakt dan zijn er verschillende manieren om dit in het testament te laten zetten. Meestal denkt men aan het aanwijzen van een erfgenaam, maar u kunt in uw testament ook een legaat vaststellen. Er is een groot verschil tussen iemand als erfgenaam aanwijzen of aan iemand iets legateren.
Een aangewezen erfgenaam treedt als het ware in de plaats van de overledene en erft zijn gehele vermogen of een aandeel (erfdeel) daarin. Een erfgenaam erft dus zowel de bezittingen als de schulden van de overledene. Tot deze schulden behoren bijvoorbeeld eventuele hypotheekschulden, begrafeniskosten en de te betalen erfbelasting.
Wat is een legaat
Bij een legaat krijgt iemand iets, zonder dat hij of zij bij de verdere afwikkeling van de nalatenschap betrokken raakt. Op deze manier kunt u een bepaald geldbedrag of een object, zoals een kunstvoorwerp of een woning veilig stellen voor een bepaalde persoon of instantie zonder dat deze ook erfgenaam is. Een legaat kan ook bestaan uit een bepaald recht, bijvoorbeeld het recht van vruchtgebruik van een woning.
Door het legaat te maken weet u zeker dat het geldbedrag, de goederen of het bepaalde recht bij die persoon of instantie terecht komen. De erfgenamen zijn verplicht de persoon of instantie voor wie het legaat bedoeld is op de hoogte te brengen en verplicht om de legaten af te geven aan de betreffende legataris die daar recht op heeft. De legaten worden gezien als schulden van de nalatenschap en verkleinen dus de omvang van de nalatenschap. Het kan zelfs zo zijn dat de nalatenschap door de opname van allerlei legaten negatief wordt en er voor de erfgenamen niets meer overblijft.
Het is erg belangrijk dat de wettelijke formaliteiten voor de afgifte van het legaat worden nageleefd. Bij de overdracht van een woning of het vestigen van een vruchtgebruik moet een notariële akte worden opgesteld en door de notaris worden geregistreerd bij het kadaster. Als dit niet gebeurt kan dit later zowel juridische als fiscale problemen met zich meebrengen.
De persoon of instantie aan wie u een legaat wilt nalaten, hoeft dit legaat niet te accepteren. Zijn er bijvoorbeeld veel onderhoudskosten bij een gelegateerde woning, dan kan dit een reden zijn om het legaat te verwerpen. Voor elk legaat mag de ontvanger apart beslissen om hij of zij deze accepteert of weigert.
Zowel legataris als erfgenaam
Het is overigens ook mogelijk om iemand in een testament zowel tot erfgenaam te benoemen en daarnaast ook een legaat te geven van een bepaald goed, bijvoorbeeld de woning. Dit bepaalde goed moet dan eerst aan deze erfgenaam/legataris worden afgegeven, voordat de overige bezittingen tussen de erfgenamen kunnen worden verdeeld. De erfgenaam/legataris krijgt iets vooraf, voordat de rest van de erfenis tussen de erfgenamen wordt verdeeld. De andere erfgenamen hebben dan geen recht op dit goed.
Legaat tegen inbreng
U kunt ook in uw testament een legaat “tegen inbreng” opnemen. De waarde van het gelegateerde goed moet dan door de legataris aan de nalatenschap worden vergoed. Stel u wilt uw woning aan een van uw kinderen legateren zodat deze daar kan blijven wonen, maar u wilt wel dat de andere kinderen meedelen in de (bij taxatie bepaalde) waarde van die woning. Die waarde moet dan door dat ene kind worden ingebracht in uw nalatenschap. De legataris (uw kind) heeft dan het recht om het gelegateerde als het ware uit de nalatenschap te ‘kopen’.
Onlangs deed de Rechtbank Noord-Nederland een uitspraak in een zaak waarin een erfgenaam een gelegateerde woning moest afgeven welke woning zelfs niet volledig behoorde tot nalatenschap. Deze zaak ging over wat is bepaald in artikel 4:49 van het Burgerlijk Wetboek. In dit wetsartikel staat het volgende:
Een ten laste van een erfgenaam gemaakt legaat van een bepaald goed, of van een op een bepaald goed te vestigen recht, vervalt indien het goed bij het openvallen van de nalatenschap daartoe niet behoort, tenzij uit de uiterste wil zelf is af te leiden dat de erflater de beschikking niettemin heeft gewild.
Kan in laatstgenoemd geval degene op wie de verplichting rust, zich het gelegateerde goed niet of slechts ten koste van een onevenredig grote opoffering verschaffen, dan is hij gehouden de waarde van het goed uit te keren.
Bij deze rechtszaak ging het om twee kinderen die de erfgenamen waren van hun overleden moeder. In haar testament had de moeder onder meer een woning aan kind Y gelegateerd tegen inbreng van de WOZ-waarde (de werkelijke van de woning was echter aanmerkelijk hoger). Moeder was maar voor de helft (!) gerechtigd tot de woning omdat de beide kinderen de andere helft al van hun vader hebben geërfd. In het testament staat hierover het volgende: “Wat betreft het legaat […] ben ik mij ervan bewust dat dit onroerend goed behoort tot de ontbonden huwelijksgoederengemeenschap van mijn echtgenoot, voornoemd, en mij. Ik verklaar de uitvoering niettemin te willen.” Kind X wil geen medewerking verlenen aan afgifte van het legaat en stelt onder meer dat zij onevenredig zou worden benadeeld als kind Y slechts de WOZ-waarde in plaats van de getaxeerde waarde van de woning hoeft in te brengen.
De Rechtbank is het echter niet eens met kind X en veroordeelt dit kind om medewerking te verlenen aan de afgifte van het legaat. Op grond van de wet kunnen ook goederen worden gelegateerd die niet tot de nalatenschap behoren als uit de uiterste wilsbeschikking is af te leiden dat de testateur dit heeft gewild. Daarvan is in dit geval sprake. Bovendien kunnen kind X en kind Y als gezamenlijke erfgenamen van de moeder, het ‘ontbrekende’ deel verschaffen aan kind Y als legataris omdat zij als erfgenamen in de nalatenschap van vader voor dat deel al gerechtigd zijn tot de woning en nu dus samen volledig beschikkingsbevoegd zijn. De Rechtbank begrijpt wel dat kind X dit als een onevenredig grote opoffering beschouwt. Immers, zji komt bij afgifte van het legaat aan kind Y vermogensrechtelijk in een slechtere positie terecht dan wanneer de woning aan een derde tegen de marktwaarde zou zijn verkocht of wanneer moeder niet over het aandeel van X in de woning zou hebben beschikt. Dat betekent echter niet dat er ook in juridische zin sprake is van een onevenredig grote opoffering om zich het gelegateerde goed te verschaffen. De wetgever heeft nou eenmaal een prominente rol toebedeeld aan de wil van de erflater, ook indien die wil betrekking heeft op goederen die de erflater slechts voor een onverdeeld aandeel in een bijzondere gemeenschap toebehoren.
Advies
Wij helpen u graag verder bij de advisering over het aanwijzen van uw erfgenamen en het legateren van bepaalde goederen uit uw nalatenschap. Met een goed doordacht testament kunt u ongewenste verervingen van uw vermogen voorkomen en vaak ook belasting besparen.